π Het ping Commando in Linux¶
In deze handleiding leer je hoe je ping gebruikt op een Linux-systeem.
Het commando ping wordt gebruikt om netwerkconnectiviteit te testen tussen jouw computer en een andere host op het netwerk of internet.
Het verstuurt ICMP-echoverzoeken en meet de responstijd, waardoor je kunt controleren of een server bereikbaar is en hoe snel het netwerk reageert.
Achtergrondinformatie
Het commando ping is standaard aanwezig op vrijwel alle Linux-distributies.
- Het wordt vaak gebruikt bij netwerkdiagnose en troubleshooting.
pingkan helpen bij het opsporen van packet loss, vertraging (latency) en netwerkproblemen.- Naast het controleren van bereikbaarheid wordt het ook gebruikt om minimale netwerkmetingen uit te voeren.
Controleren of ping aanwezig is¶
Controleer de aanwezigheid en versie van ping:
βοΈ Installeren van ping¶
Het commando ping maakt deel uit van het pakket iputils-ping (Debian/Ubuntu) of iputils (andere distributies).
Het is meestal standaard geΓ―nstalleerd.
Installatie op Debian/Ubuntu:
Hieronder vind je enkele veelgebruikte voorbeelden van ping:
ping hostβ Test connectiviteit met een host (bijv.ping google.com)
Voorbeeld
Output (fragment):-
ping -c 4 hostβ Verstuur slechts 4 pakketten en stop daarna -
ping -i 2 hostβ Stel interval tussen pings in (2 seconden) -
ping -t 64 hostβ Stel TTL (time to live) van pakketten in -
ping -s 1000 hostβ Verstuur pakketten van 1000 bytes -
ping -q hostβ Toon alleen samenvattingsinformatie
Het ping-commando heeft geen configuratiebestanden.
Je kunt aliassen maken voor vaak gebruikte opties:
Het ping-commando schrijft zelf geen logs weg.
Je kunt uitvoer loggen naar een bestand:
Updaten van ping¶
Het ping-commando maakt deel uit van iputils.
Update het pakket via:
Verwijderen van ping¶
Het verwijderen kan via:
β οΈ Wees voorzichtig, sommige scripts en netwerktools gebruiken ping.
π Handleiding¶
De ingebouwde handleiding is beschikbaar via: